In Samenwerking Inspireren Met Onderzoeken en Ontdekken
Intuïtieve therapie in eenvoud

Mogen – Durven – Kunnen – Willen

Het was even nadenken, volgens mij staan ze zo in de juiste volgorde: 

Als ik iets mag, dan moet ik het ook durven

Als ik iets mag en durf moet ik het nog kunnen

Als ik iets mag, durf én kan dan moet ik het ook nog willen

Wil ik het niet, dan maakt het niet uit of ik het kan, durf en mag

Kan ik het niet? Dan kan ik zoveel mogen, durven en willen als ik mag, durf en wil, 

dan gebeurt het niet

Als ik niet durf dan voel ik een interne blokkade die mij weerstaat in actie te komen

Als ik niet mag, dan voel ik weerstand en kom ik niet van mijn plek

Bovenstaande vierslag houd ik graag mijn cliënten en mijzelf voor. Vooral ook omdat willen en kunnen nog wel eens door elkaar gehaald worden. Kinderen en pubers wordt nog wel eens verweten niet te willen, maar wat nou als ze het eigenlijk niet kunnen? Dan verandert het frame waarbinnen je kijkt en dan verandert het verhaal. Het is dus goed om de vier gezichtspunten te onderscheiden. Laten we ze eens bekijken. We beginnen achteraan: willen

Willen of niet willen

Willen heeft connectie met motivatie en ik zie motivatie als de bron achter leren en ontwikkelen. Wie iets wil, bereikt iets, die zet stappen, die legt zich niet snel neer dat iets niet lukt. Die gaat ervoor en beweegt desnoods hemel en aarde om het voor elkaar te krijgen. Mensen die niet(s) willen, zetten geen stappen, gaan in de weerstand, zeggen ‘ja’ en doen vervolgens ‘nee’.

Mijn hond Novo is gek van en op balletjes. Af en toe leg ik zijn bal op een tak in een boom. En dan wacht ik af hoe het hem lukt om die bal te pakken. Ik verbaas me soms over wat ik zie. Eén keer hing hijzelf als een kerstbal in de boom, het balletje net niet binnen bereik. Toen lukte het hem niet, hoe graag hij ook wilde. Gelukkig lukte het mij wel en zo konden we verder spelen. Willen is een belangrijke drijfveer achter gedrag. Wie graag wil, krijgt zaken voor elkaar. Tenzij hij het niet kan.

Kunnen en niet kunnen

Iets kunnen of iets je eigen kunnen maken is een tweede belangrijke poot onder leren en ontwikkelen. Wie iets kan, voelt zich competent en die leert bij. Die zet elke keer een stap en komt verder in zijn leven.

Niet kunnen kent globaal twee sporen:
1. Het past niet bij je, je hebt het niet in je mars, je hebt er geen talent of aanleg voor
2. Je hebt een stoornis, waardoor je sommige zaken niet kunt. Iemand met een vorm van autisme kan beperkt bij zichzelf naar binnen kijken en daardoor zich minder goed inleven in de ander en die aanvoelen. Een ander met ADD heeft moeite zijn zaken op orde te krijgen en houden en zich te concentreren. Een derde met ADHD vindt stil zitten lastig. Nu geven beschrijvingen van stoornissen aan wat een persoon niet kan, terwijl alle mensen functioneren op grond van wat ze wél kunnen. Dus een stoornis of iets niet kunnen, is nooit een eindstation en wat mij betreft ook nooit een excuus. Richt je aandacht op het alternatief en wat je wel kunt en ontwikkel je weer verder. 

Durven en niet durven

Waarom durf je iets wel of niet? Het heeft te maken met de mate van lef en moed die je in je karakter en leven hebt meegekregen of opgedaan. Het heeft mogelijk ook iets te maken met iets dat we onderweg kwijt geraakt zijn. We kennen vrijwel allemaal de exploratiefase: als baby ben je overgeleverd aan wat volwassenen met en voor je doen. Gaandeweg worden je eigen mogelijkheden steeds meer en breid je je wereld uit: grijpen, vastpakken, gooien, vangen, schuifelen, kruipen, lopen en rennen. Niet gehinderd door gêne, faalangst of wat anderen ervan vinden exploreren we de wereld. Met het opgroeien verliezen we dat vanzelfsprekende, dat oordeelloze gewoon maar doen omdat het kan. We laten ons steeds meer tegenhouden door onszelf, onze interne criticus, door wat wij denken en invullen van wat een ander ervan denkt. Zo kan een klein kind dat met torretjes en spinnetjes speelt, als puber gillen omdat er een ‘megaspin’ over de grond loopt, je weet wel zo’n klein lichaam met lange poten.

Mogen en niet mogen

Als je er nuchter over nadenkt: wie bepaalt wat er mag en niet mag. Als mens ben je in de eerste plaats vooral verantwoordelijk voor jezelf. En heb je altijd een keuze om het een te doen of het ander. In de krochten van ons onderbewustzijn werkt het anders: onze schouders kunnen volstaan met roeptoeterende vaders, moeders, broers, zussen, opa’s, oma’s, juffen, meesters, dominees en paters en al die anderen die we om een of andere reden gezag toegekend hebben. Dit mag niet, dat kun je niet maken, waag het niet om. En zo vallen we stil, zetten we ons te weinig in om een doel te bereiken en vervallen we in een slachtofferrol: waarom moet mij dit nu weer overkomen? Omdat je niet groeien mag, niet mag leren en ontwikkelen. Twee voorbeelden: als je familie niet verder is gekomen dan MBO en vooral praktisch werk doet, ‘mag’ jij niet naar HBO of universiteit. Als je vader emotioneel niet ouder is dan 13 jaar, dan keert hij zich tegen jou als je 14 wordt: je ‘mag’ niet ouder zijn dan hij. Die dieperliggende drijfveren kunnen het hier en nu leven behoorlijk verstoren. Zaak is om die op het spoor te komen, ermee af te rekenen en verantwoordelijkheid te nemen in het hier en nu. In overeenstemming met wie jij bent en waartoe jij op aarde bent. 

Samengevat:

Maak onderscheid tussen mogen, kunnen, willen en durven. Zoek uit op welke van de vier het bij jou vastloopt en pak die aan. In het hier en nu en vanuit wie jij bent.

©Frank Odding, 2023-07-04

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Onderzoek en ontdek de kloppende versie van jezelf >

Maak een afspraak

Ontvang de nieuwsbrief!

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang maandelijks nieuws over sterkgevoeligheid.